Interview

Een hotel met pit(s)

7 juli 2017

De inrichting van een hotel is een complexe opdracht die veel verder reikt dan een interieurontwerp. Bij de voorbereiding van het concept moet de interieurarchitect rekening houden met tal van parameters, voorschriften en eisen, van brandveiligheid en klimaatregeling tot ingrepen om de organisatie te vergemakkelijken en de exploitatiekosten te drukken. Nochtans blijft een hotelinrichting de natte droom van elke interieurarchitect. Ook Jaak Langenberg koesterde die droom. In tegenstelling tot veel collega’s kreeg hij daadwerkelijk de kans om hem waar te maken, en dat zonder enig voortraject in deze materie.

Werd het dan een verhaal van vallen en opstaan? “Toch niet”, riposteert de interieurarchitect, “maar ik kon dan ook terugvallen op ondersteuning van de opdrachtgevers (hotelketen De Lodge, n.v.d.r.) die al meerdere hotels en brasseries runden en zelf heel wat zaken voor hun rekening hebben genomen. Zo stond de zoon van de bouwheer in voor het opvragen en vergelijken van offertes, de coördinatie van de werkzaamheden die heel ingrijpend waren gezien de lamentabele toestand waarin het gebouw zich bevond, en de aspecten met betrekking tot de brandveiligheid.”

Classificatie bepaalt normen

 

Ook voor de organisatie van de verschillende onderdelen – hotel, brasserie, keuken, wellness en zwembad - kreeg Jaak Langenberg de nodige ondersteuning. “Wat de hotelfunctie betreft, moet je aan een heleboel normen voldoen om een hotelvergunning met een bepaalde classificatie te krijgen. Ik denk bijvoorbeeld aan de grootte van de kamers en badkamers, de uitrusting, het comfort, de faciliteiten en dienstverlening. Afhankelijk van de diverse prijscategorieën verschillen de kamers in oppervlakte en uitrusting. Hoe groter en luxueuzer de kamer of suite, hoe duurder. Hotel ‘De Pits’ beschikt over 24 hotelkamers, waaronder 16 standaardkamers, verspreid over drie verdiepingen in de bestaande vleugel. De nieuwe vleugel herbergt 6 grotere, luxueuzere kamers waaronder enkele suites met terras en uitzicht op het circuit en twee studio’s met een eigen keuken.“

In nogal wat gevallen is, zeker voor grotere hotels, ook een milieuvergunning vereist. Als er eten wordt geserveerd, dringen zich tevens voorschriften voor voedingsmiddelenhygiëne op. “Onderhoud is cruciaal in een keuken en afwasruimte. Vandaar het belang van gemakkelijk te onderhouden en goed afwasbare materialen en oppervlakken zoals betegelde wanden en vloeren, epoxyvloeren, inox bekledingen en volkern panelen. In het zwembad en de wellness ruimte met sauna en hammam moet je dan weer rekening houden met de voorschriften inzake legionella en hygiëne.”

 

 

Creatieve oplossingen

 

Als interieurarchitect is het permanent puzzelen om oplossingen te vinden die beantwoorden aan de vooropgestelde eisen en beperkingen: het budget, de esthetiek, de functionaliteit, de verwachtingen van de doelgroep, de dienstverlening, de organisatie en de exploitatiekost. “Krijgen gasten een sleutel of een magneetkaart voor hun hotelkamer?”, geeft Jaak Langenberg als voorbeeld. “In ‘De Pits’ werd gekozen voor sleutels, wat goedkoper was. Een ander voorbeeld: geef je de was uit of installeer je zelf een wasruimte en zo ja, waar? Waar stockeer je het beddengoed zodat het kamerpersoneel een minimum aan loopafstand moet overbruggen? Aan welke toegankelijkheidsvereisten moet je voldoen? Hoe kun je balie- en kantoorwerk combineren? In ‘De Pits’ maakt een taps aflopende kijkspleet dat je van in het bureau achter de lobby bezoekers ziet binnenkomen zonder dat die een inkijk hebben.” Een hotel is ook een arbeidsintensief bedrijf. Het personeel moet er in een goed georganiseerde werkomgeving snel en efficiënt kunnen functioneren.

Bij een bestaand gebouw zoals ‘De Pits’ zit je natuurlijk met een gegeven situatie waaraan je je moet aanpassen. “Ruimtes kan je beïnvloeden door de architectuur. In de bar heb ik gewerkt met verschillende hoogtes voor bar en tafels, zodat de gasten de ruimte op verschillende manieren zien en beleven. Met behulp van een compartimentering kun je zowel intiemere ontbijthoekjes als functionele vergaderruimtes of een uitbreidbare feestzaal creëren. In de congresruimte veroorzaakte de betonnen structuur akoestische problemen. Brigitte heeft die op een creatieve wijze opgelost met doeken die tussen de balken zijn vastgemaakt en waarop beelden zijn verwerkt, in combinatie met tapijt en gordijnen. In de brasserie en aan de kant van de pits voorkomt geluidwerend glas dat de gasten last hebben van het lawaai op het circuit. Wie kickt op het geluid van de racewagens, kan terecht op het terras met uitzicht op het circuit.”

 

 

Zuiniger met energie en water

 

"Praktische zaken spelen ook een rol. In de nachthal kies je beter voor vasttapijt, want dat dempt het geluid van de trolleys als er ’s avonds laat nog gasten toekomen. Badkamers krijgen beter een klein bad, tenzij het om een luxueus hotel gaat. Kleine baden beperken immers het waterverbruik.”

“Tijdsensoren, spaarlampen en tl-verlichting helpen om energie te besparen. In hotel ‘De Pits’ hebben we ook warmtepompen toegepast. De vereiste aparte elektriciteitscabine moet dan weer over voldoende vermogen beschikken om in alle omstandigheden de stroomvoorziening te kunnen garanderen. Als je daar te zuinig bent, riskeer je dat de stroom in sommige omstandigheden uitvalt.”

“In een hotel moet je de beschikbare oppervlakte optimaal gebruiken. Kleine ruimtes kun je optisch verruimen door een beperkt aantal materialen en veel glas toe te passen.”

 

 

Nostalgie in beeld

 

Sfeer is een belangrijk element in het hotelgebeuren. De sfeer moet de gasten verrassen en de architectuur, identiteit en gastvrijheid van het hotel versterken. “Omdat de gasten maar enkele nachten in het hotel verblijven, verwachten zij een sfeer en omgeving die ze thuis niet hebben. In ‘De Pits’ hebben we de stijl van de jaren 1970 gecombineerd met strakke hedendaagse elementen. Veel aandacht ging naar de studie van kleuren en verlichting. In de lobby waar het late westenlicht binnenvalt, heb ik gespeeld met tinten van rood. Soms creëert de combinatie van een kleur op de wand en een gekleurde verlichting een effect dat je op geen enkele andere manier kan genereren. Door aanwezig te zijn op de werf ontdek je ook opportuniteiten die je anders ontglippen. Zo heb ik de plafondlampen van Dark op verschillende hoogten laten ophangen omdat ik het effect daarvan toevallig zag tijdens de installatie. Nog een sfeerbepalend element is de muziek: waar hoor je wat en met welke intensiteit? Verder moet je de juiste accenten leggen: een gashaard in de lobby zorgt bijvoorbeeld voor huiselijkheid.”

De belangrijkste sfeermakers in hotel ‘De Pits’ zijn de talrijke verwijzingen naar het Formule 1-verleden. Grafisch vormgeefster Brigitte Vanzonhoven bewerkte oude sfeerfoto’s uit de grote F1-jaren van Zolder met digitale technieken en gebruikte de beelden als decoratief element in de hotelkamers, de bar en het restaurant. Blikvangers zijn onder andere de levensgrote beelden van iconen zoals Nigel Mansell en Jacky Ickx die in de hotelkamers en de brasserie soms een volledige wand bedekken.

 

 

Tijdrovend

 

De inrichting van een hotel vergt een flinke investering in tijd en werk. Hoe pak je dat als klein bureau aan? “De eerste twee weken heb ik besteed aan het opmeten en optekenen van het gebouw. Zo voel je de ruimtes en detecteer je de kwaliteiten en problemen. In totaal heb ik negen maanden besteed aan het ontwerp.” Gezien die intense tijdbesteding is de planning binnen het bureau zeker een aandachtspunt. “In de periode van die opdracht heb ik daarnaast uitsluitend kleinere projecten uitgevoerd. Als je alleen werkt, kan het ook niet anders, want een hotel vergt een bijna continue aanwezigheid op de werf. Op enkele elementen na, zoals de lavabo’s, is alles dan ook maatwerk. Vandaag zou ik het niet meer alleen aanpakken maar ook andere mensen inschakelen, zodat er voldoende tijd blijft voor andere projecten.”

Nog een punt is de vergoeding. Jaak Langenberg werkte met een vast bedrag. “In totaal lijkt dat indrukwekkend, maar als je de uren aanrekent, is dat al bij al relatief beperkt. Maar de voldoening om zo’n interessant project te kunnen realiseren is groot, temeer omdat het ons een finaleplaats opleverde in de Interior Designer of the Year competitie in Londen.”