Wetgeving

De pensioenovereenkomst voor zelfstandigen (POZ) in 5 vragen

SBB, Gregory Henin • 19 december 2018

Tot 2018 konden zelfstandigen zonder vennootschap slechts beperkt een aanvullend pensioen opbouwen. Vanaf 30 juni 2018 kwam daar een optie bij: de pensioenovereenkomst voor zelfstandigen of de POZ. Dat is een aanvulling op het bestaande systeem van het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen (VAPZ), dat zowel voor zelfstandigen zonder vennootschap als voor bedrijfsleiders bestaat.

Vandaag is de VAPZ al erg populair. U kunt er namelijk een aanvullend pensioen mee opbouwen én de premies zijn fiscaal aftrekbaar, wat resulteert in een mooie besparing op zowel sociale bijdragen als personenbelasting. Toch is zo’n VAPZ vaak ontoereikend voor een volwaardig pensioen. Zelfstandige bedrijfsleiders konden hun pensioenpot nog verder aanvullen via de Individuele Pensioentoezegging (IPT), en met de nieuwe POZ hebben zelfstandigen in een eenmanszaak nu eindelijk een equivalent.

 

1. Wie kan de nieuwe POZ afsluiten?

Zelfstandigen zonder vennootschap en meewerkende echtgenoten onder het zgn. maxistatuut. Met andere woorden: dezelfde personen als voor de VAPZ, met uitzondering van de zelfstandige bedrijfsleiders. De uitsluiting van de bedrijfsleiders is logisch, want zij kunnen al via hun vennootschap een aanvullend pensioen opbouwen via een groeps- of een IPT-verzekering.

 

2. Wat is het voordeel van een POZ?

U bouwt een aanvullend pensioen op met POZ-premies. Die geven recht op een belastingvermindering van 30%, op voorwaarde dat u de 80%-grens niet bereikt. Die grens kennen we al bij een VAPZ-contract. Ze bepaalt een maximaal pensioenkapitaal dat je mag opbouwen. Weetje: de berekeningswijze van deze grens is verschillend voor POZ en VAPZ.  Laat deze grens dan ook door een specialist berekenen.

U krijgt dus voor POZ alleen de belastingvermindering als uw totale pensioenopbouw (dus inclusief een eventuele VAPZ) lager blijft dan 80% van een bepaald referentie-inkomen.

 

3. Wat met de taksen?

In tegenstelling tot de VAPZ betaalt u een premietaks van 4,4% op de POZ-premies. Bij de uitkering van het eindkapitaal is er een voordelige eindbelasting van 10% (+ gemeentebelasting) verschuldigd op moment van wettelijke of vervroegde pensionering en bij overlijden. In andere gevallen bedraagt de eindbelasting 33% (+ gemeentebelasting). Tot slot betaalt u nog een RIZIV-bijlage van 3,55% en een solidariteitsbijdrage van 0 tot 2%.

 

4. Wanneer kiezen voor een POZ?

Een VAPZ is in de regel interessanter. Maar als u de maximale VAPZ-premie aftrekt en u eventueel nog financiële ruimte hebt, dan kan de POZ nuttig zijn als aanvulling op uw VAPZ. Let wel, er bestaan nog andere interessante aanvullende pensioenvormen. Zo kunt u bijvoorbeeld een aanvullend pensioenkapitaal opbouwen via een klassieke individuele levensverzekering. Die laatste vorm is fiscaal vaak ook interessanter dan een POZ.

 

5. Vanaf wanneer kunt u een POZ afsluiten?

De wet werd op 30 maart 2018 gepubliceerd in het staatsblad en treedt in werking drie maanden na deze publicatie.  Vanaf 30 juni werd het effectief mogelijk om een POZ-contract af te sluiten.

 

Uw pensioen doordacht opbouwen?

Verstandig pensioensparen doet u op uw eigen ritme en volgens uw eigen financiële noden en capaciteiten. Uw financieel adviseur helpt u graag verder om te berekenen wat uw effectief fiscaal voordeel is.